Wat is cellulite?

Op het gebied van cellulite kan de enorme hoeveelheid onjuiste informatie overweldigend zijn. In één onderzoek was zestig procent van de vrouwen met cellulite ervan overtuigd dat het haar eigen fout was. Maar niets is minder waar: cellulite komt zo vaak voor bij vrouwen dat veel wetenschappers het omschrijven als een ‘secundair geslachtskenmerk’ – vergelijkbaar met borsten en bredere heupen.

Dus laten we in plaats van te beschrijven wat cellulite is, het eerst eens hebben over wat het niet is.

Wat is cellulite niet?

Cellulite is niet slechts vet. Het hangt samen met weefselbanden die door de vetlaag lopen. Elkaar kruisende banden, die vaker bij mannen voorkomen, houden het vet effectiever op zijn plaats dan evenwijdig lopende banden, die vaker bij vrouwen voorkomen. Verschillende factoren (genetica, leeftijd, hormonen enz.) kunnen ervoor zorgen dat deze banden dikker en stijver worden, waardoor de huid naar beneden wordt getrokken en het vet richting de huid uitstulpt – een beetje zoals bij een matras. Deze collageenbanden zijn de reden dat dieet en lichaamsbeweging vrijwel nooit effect hebben op cellulite, of in elk geval in mindere mate dan cellulitepatiënten zouden hopen.

Ook is cellulite niet slechts een obesitasprobleem: mensen van alle vormen en maten krijgen het. Sommige onderzoeken wijzen erop dat obesitas hormonen en stofwisseling kan beïnvloeden op een manier die cellulite veroorzaakt, en extra gewicht kan bestaande cellulitis ook zichtbaarder maken, maar het feit dat fotomodellen nooit cellulite lijken te hebben, heeft waarschijnlijk meer te maken met retouchering dan met lichaamsbouw.

Als we toch mythes aan het ontkrachten zijn: cellulite bestaat niet slechts uit gifstoffen, maar ook niet slechts uit vastgehouden water. Het is ook niet slechts een kwestie van ijdelheid – het is op zich niet schadelijk, maar kan het zelfvertrouwen en welzijn van een persoon ernstig beïnvloeden.

Kan cellulite worden voorkomen?

Helaas weten wetenschappers dat niet zo goed. Bij cellulite lijkt een aantal ecologische, hormonale en genetische factoren betrokken te zijn, waarvan sommige gemakkelijker te beïnvloeden zijn dan andere:

• Geslacht Hoewel mannen cellulite krijgen, komt dit veel minder vaak voor dan bij vrouwen (minder dan 10% tegenover meer dan 90%). Vrouwelijke hormonen beïnvloeden de ontwikkeling mogelijk ook op andere manieren, bijvoorbeeld door de bloedstroom te beïnvloeden of doordat vetweefsel zich op bepaalde plaatsen afzet.
• Leeftijd Cellulite komt meestal meer voor bij ouderen – een verminderde doorbloeding, grotere vetcellen en een verslapping van de huid kunnen allemaal een rol spelen.
• Eetgewoonten. Een voedingspatroon met veel zout en conserveermiddelen kan soms leiden tot verschillende stofwisselingsstoornissen (problemen met hoe het lichaam voedsel omzet in energie) die gevolgen kunnen hebben voor cellulite.
• Bloedstroom. Een verzwakte bloedsomloop betekent dat minder zuurstof en voedingsstoffen het weefsel bereiken, waardoor het minder stevig wordt en vet er doorheen wordt gedrukt.
• Kleding Vooral strak ondergoed kan de bloedsomloop belemmeren, waardoor de kans op cellulitis toeneemt.
• Water. Hoewel het niet rechtstreeks cellulite veroorzaakt, kan uitdroging de huid minder soepel maken en cellulite zichtbaarder maken.